Categorie:Interesses

Bloemen

Nederland Bloemen­land

Nederland veranderde voorgoed van kleur door de komst van de tulp. De huidige stand: We hebben DJ’s, kaas en voetbal, maar bloemen staan met een export van 6,2 miljard euro nog steeds op nummer 1. Waarin een klein land groot is.

Wie het geluk heeft met het vliegtuig te landen op de Kaagbaan van Schiphol bij Amsterdam krijgt het beste de eerste indruk van Nederland bloemenland. De Eiffeltoren verbleekt bij de miljoenen lichtjes van de bloemenkassen, die- rij aan rij - op compleet verlichte glazen steden lijken. Met een beetje geluk zijn ook de grillig gekleurde lappendekens van tulpen, krokussen, dahlia’s en gladiolen te zien.

Een magisch moment: Love is in the air, this is Holland.

Want wat daar beneden gebeurt, op dat kleine land van bijna 42.000 km2, is bijzonder. Nederland produceert jaarlijks 1,7 miljard snijbloemen, pakweg 60% van de wereldwijde handel en is het Silicon Valley van de bloemenwereld.

De Paus bedankt Nederland elk jaar met Pasen dat zijn Sint Pietersplein weer met bloemen is opgefleurd en een groot deel van de 20 miljoen buitenlandse toeristen werpt zich graag tussen de bloeiende velden onder het motto “alles voor een selfie”. Wat soms leidt tot gegrom van kwekers die voor hun kostbare goedje ambassadeurs inzetten om het buitenlands enthousiasme te begeleiden. Look but don’t touch. Please.

Niet alleen tijdens het voorjaar kun je van de Nederlandse bloemen genieten. In alle seizoenen zijn er plekken om te bezoeken en bloemen te bewonderen. Laat je inspireren door het bloemenverhaal van Nederland. 

Bollen­velden en bollen­schuren

Buiten, op de bollenvelden van Noordwijkerhout, schijnt een waterig zonnetje. De wereldberoemde Nederlandse bloemenstyliste Dorien van den Berg zit met een kop vlierbloesemthee op een houten bankje in een zogeheten bollenschuurtje. Ze heeft uitzicht op een lappendeken van tulpen. Turend zegt Dorien: “Narcissenvelden worden één grote, gele massa, maar tulpen in alle soorten naast elkaar zorgen voor onwijs mooie kleurschakeringen. Die kun je als mens niet bedenken.”

Van den Berg groeide op te midden van de bollenvelden met springende kikkers en kwetterende vogels. Een beeld gevuld met geluk. “In deze bollenschuurtjes bespraken mijn vader en zijn buurmannen het wel en wee van hun kleine particuliere stukjes land met slootjes ertussen. Altijd ging het over het weer. Of ze wel of niet konden zaaien, rooien of oogsten. Ze keken naar de lucht en wisten wat voor weer er aan kwam.”

De bollen waren een zorg die als familie gezamenlijk werd gedragen. Dorien: “In de schoolpauzes ging ik naar huis om mijn vader te helpen met irissen punten of het tellen van snijbloemen. Daarna aten we warm. Mijn opa aan het ene hoofd van de tafel, mijn vader aan het andere hoofd. Traditioneel en veilig.”

Dorien verkoos de wijde wereld. Als bloemenstylist richtte ze paleizen in voor sjeiks in het Midden-Oosten, arrangeerde ze bruiloften in Japan en gaf ze les in Libanon. Met natuurlijk bloemen uit eigen land. Trots was heel Nederland toen ze twee keer te gast was bij de Amerikaanse tv-show van Martha Stewart waar ze als “Miss Lily” vertelde over de schoonheid van de Nederlandse lelies.

Leven als een diva, nuchter Hollands bleef haar karakter. De styliste doorbrak tradities bijvoorbeeld door de opbouw van een boeket lelies. Werden deze bloemen voorheen vooral in groen steekschuim gestoken en op een witte pot gezet, Dorien zette de takken in grote, glazen vazen met ledverlichting. Haar vorm werd gemeengoed. “Ik werk vanuit de natuur, maar hanteer moderne technieken.” Bij bloemen voelt ze zich altijd op haar gemak.

Landshed near Voorhout

Bollenschuren zijn industrieel erfgoed

Van de 1500 bollenschuren die de bollenstreek vroeger kende, zijn er door schaalvergroting nog maar 400 over. Ze behoren tot het industrieel Nederlands erfgoed. Sommigen vinden de schuurtjes gezichtsvervuiling, anderen zijn van mening dat die onbestendige schuurtjes de bollenstreek juist zo eigen maakt. Je kunt ze niet bezoeken, maar tijdens een tochtje door de bollenstreek kom je ze vast ergens tegen om op afstand te bewonderen.

Flowerstyliste Dorien van den Berg with bouquet of flowers
Insider tips van Dorien

“Huur een fiets, zoek een route uit en geniet van het kleurrijke landschap met de authentieke bollenschuurtjes. Hapje en drankje bij Como & Co aan het Oosterduinse Meer bij Noordwijkerhout. De tuinen van Appeltern bij Nijmegen voor waanzinnige inspiratie. En wie durft: Haringkar tegenover de Hervormde Kerk in Noordwijk (van 1 maart tot 1 november).

PS: Ik eet ze zonder uitjes.”

De wereld achter de bloembol

Die bollenvelden vormen eigenlijk de baarmoeder van de bloemen voordat ze worden gesneden, gaan naar de veiling om uiteindelijk bij de bloemist terecht te komen. Voordat een bol de aarde in gaat om tot bloei te komen, is er al een hoop voorspel geweest. In het laboratorium van veel kwekers wordt namelijk ook veredeld. Dat wil zoveel zeggen als dat zaden en/of stuifmeel met elkaar worden gekruist om zodoende sterkere bloemen te krijgen die beter tegen ziekten en plagen kunnen. Of een schot in de roos blijken door een prachtige nieuwe kleur, geur of vorm.

Kruisbestuiving in het lab

Klinkt simpel, is het niet. Het is namelijk een regelrecht pokerspel om een nieuw soort te krijgen zonder dat de goede eigenschappen van het origineel verloren gaan. Soms kan het wel twintig jaar duren voordat een nieuw tulpenras is gecultiveerd. Laboratoria worden doorgaans beheerst door geheimzinnigheid en een ontdekking zorgt voor grote opwinding. Om de nieuwe boreling erna als de sodemieter een naam te geven en officieel te registreren. Met namen als Lingerie, Triple A, Heartbreaker of Og3NE.

Wanneer kom jij de Nederlandse bloemen bewonderen?

Bollen zijn dol op Hollands weer

De Bollenstreek onder Amsterdam, de kop van Noord-Holland en een deel van de provincie Flevoland zijn de bekendste stukken heilige bloemengronden van Nederland. Hier groeien van eind maart tot eind mei tulpen, krokussen, narcissen en hyacinten. In de zomer maakt dit gezelschap plaats voor gladiolen, dahlia’s, anjers en asters. Heel het jaar door feest voor toeristen dus.

Waarom op deze plekken de grond zo goed is voor de teelt van bloemen en niet bijvoorbeeld in het zuiden van Nederland is een mysterieuze combinatie van onder andere zuren, zeelucht en zand. In het kort: Vier eeuwen terug werd het duinzand aan zee gebruikt om chique buitenhuizen van rijke kooplieden in het binnenland te bouwen. En bij een mooi buitenhuis hoorden natuurlijk ook mooie bloemen. De afgegraven gronden van de duinen waarop veen was gegroeid, bleken de juiste broedplaats voor onder andere tulpen, narcissen en krokussen.

De vochtige, zilte wind, de juiste luchtdoorlatendheid en zuurgraad waren een match made in heaven. Daarnaast draagt het Nederlandse klimaat ook een goud steentje bij. Van kou schrikt de bol en dat is nodig om haar van de grootte van een knikker tot een kleine tennisbal te krijgen. En door af en toe een buitje krijgt de bloem haar lengte en schoonheid. Dit weerschema geldt voor de winterbollen (tulpen enzo), zomerbollen verkiezen de donkerte. Nederlanders zelf hebben het liever warm, licht en droog. Daarom wordt er vaak gemopperd op het weer.

Bollenrazernij

Het begon met één tulpenbol uit Turkije. De Tulipan was zijn naam, tulband in het Nederlands. Wellicht vernoemd naar de vorm van tulbanden die de Turkse mannen droegen. Nederlandse kooplieden die in de 17de eeuw – de Gouden Eeuw – de wereld over voeren voor specerijen en luxeartikelen namen de tulpenbol mee naar de toenmalige Republiek der Zeven Provinciën, nu Nederland.

Het is te danken aan onze handelsgeest en infrastructuur dat niet de Turken de tulp op de kaart zetten, maar wij. Wij grepen de kansen om de handel in tulpen te ontwikkelen, water- en wegen waren al aangelegd voor transport en tuinlieden bekwaamden zich in het uitvinden van nieuwe soorten voor hun chique landgoedeigenaren. Vaak bleef het een mysterie wat voor bloem eruit kwam. Zo waren tulpen met strepen en vlammen op de bloembladen meestal het gevolg van virusinfecties, maar dat was indertijd niet bekend en het werd allemachtig prachtig gevonden, dus niemand die er om maalde.
In Europa ontstond in de 17de eeuw een rage.

Franse hofdames betaalden 300 gulden voor een tulpenbloem die zij op hun decolleté droegen.
Rond 1630 liepen de prijzen zo hoog op dat voor één tulpenbol, de Semper /Augustus, 6000 gulden werd betaald, de prijs van een Amsterdams grachtenpand. Sommige handelaren verkochten al tulpenbollen voordat ze bij wijze van spreken de grond in gingen. Deze windhandel kon niet anders dan instorten. De tulpenmanie ofwel bollenrazernij uit de Gouden Eeuw wordt door economen ook wel beschouwd als de eerste speculatiegolf ofwel zeepbel in de wereldgeschiedenis, vergelijkbaar met de beurskrach van 1929, de internethype uit de jaren 90, de kredietcrisis en de opkomst van de bitcoin.
Na kwakkelende periodes ontstaat er na de Tweede Wereldoorlog in 1945 een enorme groei in de sierteelt. Net als de voedingsindustrie komt er door mechanisatie meer schaalvergroting en zorgen kunstmest en chemische onkruidbestrijding ervoor dat de Nederlandse bloemenindustrie de wereld verovert. Steeds meer tuinlieden zeggen hun deftige baas vaarwel om zelf kweker te worden. Nederland slaagt erin om het hele jaar door bloemsoorten te leveren in grote aantallen tegen lage prijzen. Tot op de dag van vandaag is Nederland het vijfde exportland ter wereld. Meer dan 80 procent van alle bollen wereldwijd komen bij ons vandaan.

Waarheen exporteert Nederland bloemen en planten?

Bron: Floridata
274 mln euro
Polen – 4,4%
301 mln euro
Italië – 4,8%
813 mln euro
Frankrijk – 13%
855 mln euro
VK – 13,7%
1.666 mln euro
Duitsland – 26,7%

Inter­nationale bloemen­handel

Vroege vogels zijn het, de mensen van de bloemen. Komt omdat de veilingklok van oudsher om zes uur van start ging. In de kassen gaat eigenlijk nooit het licht uit. In die mooie glazen bouwwerken, die het Nederlandse landschap zo tekenen, worden het hele jaar door bloemen gekweekt door natuurlijke omstandigheden na te bootsen. Met een lelie rond het vriespunt gebeurt er niets, bij twintig graden loopt ze uit en is ze niet meer te stoppen. Op die manier wordt de natuur gestimuleerd om bijvoorbeeld precies voor Valentijnsdag de bloemen in bloei te kunnen leveren.

Bollenbobo van de lelies, Hans Kleijwegt komt er eerlijk voor uit. Als hij door de kassen loopt en alleen is met zijn ‘meisjes’, praat hij tegen ze. Grinnikend: “Ze praten alleen nooit terug”

Kleijwegt is een prachtig voorbeeld van hoe je als selfmade man in de Nederlandse sierteelt succesvol kan worden. Als tuinderszoon was hij voorbestemd om het bedrijf van zijn vader in tomaten en paprika’s over te nemen, maar dat ging hem niet snel genoeg. Om zijn pa onder druk te zetten, solliciteerde hij bij het bollenbedrijf Van den Bos in Honselersdijk en werd tegen zijn verwachting in, aangenomen.

Hij groeide in de organisatie en maakte van Van den Bos werelds grootste exporteur van leliebollen. 250 miljoen bollen verlaten jaarlijks het bedrijf in Honselersdijk. Niet alleen zijn zakeninstinct hielp hem bij dit succes. De ondernemer studeerde naast zijn werk filosofie, sociologie en volgde masterclasses van de Amerikaanse zelfhulpgoeroe Tony Robbins. Wat hem drijft? “Het internationale leven is leuk. Ik ben wel in 50 landen geweest, woonde vijf jaar in Californië en heb bedrijven in Chili en Ethiopië. Na 40 jaar in de business springt mijn hart nog steeds open als ik door de kassen loop. Een bol is het begin van een natuurproduct, dat mensen waar ook ter wereld geluk brengt. De lelie innoveert. We maken nu bijvoorbeeld al reukloze soorten.”

Wat zien jullie er mooi uit. Doe maar goed jullie best, dan gaan jullie ergens in de wereld mensen gelukkig maken.
Hans Kleijwegt
Exporteur Hans Kleijwegt in a greenhouse

Traditioneel worden lelies vooral in Noord-Holland gekweekt, maar steeds vaker gebeurt het ook elders in Nederland. En in Chili waar veel grond beschikbaar is en waar met minder chemicaliën kan worden geteeld.

De geur, het ontluiken, het gloriëren en het sterven, in een lelie zitten veel symbolieken, vindt Kleijwegt. “In de tijd van de oude Grieken en Romeinen kregen bruiden een kroon van lelies op hun hoofd met de hoop op een puur en vruchtbaar leven. Voor de oudere generatie heeft de bloem vooral met dood en begrafenissen te maken. Voor jongeren is de lelie juist een teken van geluk en maagdelijke liefde.”

Op de vraag wat Nederland bloemenland maakt, aarzelt hij geen seconde. “De deeleconomie hebben wij al uitgevonden voordat het hip werd. Hier in Naaldwijk zitten alle bedrijven dicht op elkaar rond de veiling, het centrale handelscentrum, waar wij allemaal deel van uitmaken en waar we kennis en ervaring delen. Misschien heeft het geloof in het Westland ook wel met die saamhorigheid te maken. Natuurlijk ben je als bedrijven elkaars concurrenten, maar er is ook een gemeenschappelijk belang. De Nederlandse economie heet niet voor niets het ‘poldermodel’. ”

Dat vraagt om uitleg. Het poldermodel is een typisch Nederlandse term die staat voor overleg. Omdat Nederland grotendeels onder het zeeniveau ligt, liepen polders regelmatig onder water. Gezamenlijk moest dit probleem worden opgelost, dus zetten de boeren geschillen opzij om de voeten droog te kunnen houden. Tegenwoordig staat het poldermodel ook symbolisch voor de Nederlandse politieke overlegstructuur, waarbij meerdere partijen gezamenlijk regeren. En waar rekening wordt gehouden met ieders opvattingen. Uniek in de wereld.

Exporteur Hans Kleijwegt with a flower in his hand
Insider tips van Hans
Pak de fiets en volg een van de fietsroutes door het Westland of ga lukraak af op de glazen kassen die je tegenkomt. Pak ook de veiling mee van Royal FloraHolland in Naaldwijk om je te laten imponeren door Nederland Bloemenland. Surrealistische vibes. Bij restaurant Wollebrand in Honselersdijk kun je heerlijk eten op een terras met uitzicht op waterskiënde mensen. Zelf waterskiën of wakeboarden kan ook.

Bloemen in de Neder­landse kunst

Vincent van Gogh heeft zijn zonnebloemen, Piet Oudolf zijn grassen, Bas Meeuws zijn digitale bloemstillevens, Marcel Wanders zijn tulp- en dahliastoel, Studio Drift zijn lichtinstallatie Meadow, Ermi van Oers en haar verlichte planten Living Light, fotograaf Elspeth Diederix en haar Miracle Garden, Fleurien Dingemans over de Power of Flower. Google die namen en je krijgt kaleidoscopische bloemenindrukken.

Wat deze mensen gemeen hebben? Het zijn Nederlandse vreemde snoeshanen met geniale geesten die stuk voor stuk van bloemen houden. Zelfs een absolute non-figuratieve kunstenaar als Piet Mondriaan (1872-1944) schilderde tussen zijn schilderijen van strakke lijnen door altijd bloemen. De sensationele manier waarop ze bloeien, hun rijke symboliek en kleurenpracht vormen een liefde van alle tijden.

Meadow by Studio Drift
Tulip chairs in Andaz Amsterdam Prinsengracht Hotel
Living Light Launch by Nova Innova

Ook hier ligt de oorsprong even grofweg in de Gouden Eeuw, de eerste glorietijd van Nederlandse bloemen. Aangezien verse bloemen maar beperkt beschikbaar waren en om toch de rest van het jaar bloemen te hebben, werden schilderijen van stillevens steeds populairder. De fantasie was aan de macht want in een stilleven konden alle bloemen bij elkaar worden geschilderd die in het echt niet in dezelfde tijd bloeiden. Het schilderen ervan werd langzaam maar zeker ook tot kunst verheven.

Van de 17de tot in de 19de eeuw bleef dit een populair genre. Zo trokken de Nederlandse gebroeders Gerard en Cornelis van Spaendonck naar Parijs om onder andere aan het hof van koning Lodewijk XVI bloemenschilderingen te maken op wanden, doeken en tegels. Tegen het einde van de 19de eeuw begonnen ook modernistisch gerichte kunstenaars als Vincent van Gogh bloemen en bloemstillevens te schilderen. Van Gogh schilderde in 1886 voor de eerste keer zonnebloemen om ze erna nooit meer los te laten. In een van de vele brieven die hij schreef aan zijn broer Theo toen hij met de Franse kunstenaar Paul Gauguin in Frankrijk woonde, liet hij weten: “De zonnebloem is van mij, mijn eigen persoonlijke artistieke signatuur.”

Dat Van Gogh twee jaar later zijn oor afsneed, was een daad van razernij. Een beetje gek was hij toen al. Zijn werk blijft echter genieten. Het Van Gogh Museum in Amsterdam laat 200 schilderijen en 500 tekeningen zien. Plus een heel leuke museumshop met de leukste gadgets van deze snoeshaan.

Eigenwijs zijn ze, die Nederlanders. Neem landschapsarchitect Piet Oudolf (75) uit Hummelo, die wereldberoemd werd met zijn grassentuinen (High Line en Remembrance in New York, Chelsea Flower Show in Engeland), maar ook de tuin rond Museum Voorlinden ontwierp. Een atypische denker die schoonheid zag in planten en bloemen na hun bloeiperiode. Hij gaf dooie planten en onkruid een nieuw leven. Oudolf: “Tuinieren is doorgaans een geordende bezigheid, zaken moeten altijd bloeien en er 100 procent goed uitzien. Dat idee heb ik losgelaten. Veel planten zien er afgestorven nog lang goed uit. Net over het kookpunt heen.”

Innovaties in de bloemen­teelt

Hoe dichter je bij de veiling komt, hoe meer immens grote vrachtwagens het verkeer gaan bepalen. Parkeren bij de veiling gebeurt via een imponerende achtbaan die je naar het dak van het gebouw brengt met een ver uitzicht over Royal FloraHolland, de grootste bloemenveiling ter wereld. Het eerste wow-moment van de vele die tijdens een rondleiding in dit epicentrum zullen volgen.

Of het nu gaat om veredeling, kassenbouw of verduurzaming, ons land is koploper als het gaat om innovaties, het Silicon Valley van de bloemenwereld. Hoe dat komt, weet Albert Haasnoot, programmamanager duurzaamheid: “Van oudsher worden kennis en ervaring gedeeld tussen kwekers onderling. Hierdoor konden zij zich specialiseren en werden en zijn ze met hun kwaliteit en creativiteit onverslaanbaar in de wereld.”

Je kunt pas vermenigvuldigen als je kunt delen

Ondernemers werken samen met universiteiten als Wageningen op het gebied van biotechnologie en moleculaire DNA-technieken. Doel is om gewassen beter bestand te maken tegen ziektes en plagen. Ook in de kassenbouw is ons land boegbeeld van verduurzaming. Zonnecollectoren verschijnen op de glazen daken van kassen waardoor het warmteoverschot kan worden gebruikt om woonwijken in de winter te verwarmen terwijl warmte in de zomer weer helpt bij het koelen van de kassen.

Een ander project dat wereldwijd in de belangstelling staat, is Geothermie Westland. Heet water van 140 graden wordt uit vier kilometer diepe aardlagen opgepompt. De warmte is bestemd voor 475 woningen, 30 tuinbouwbedrijven in het Westland en de bedrijfshallen van Royal FloraHolland in Naaldwijk.

Ook wordt er volop onderzoek gedaan naar hoe chemische gewasbeschermingsmiddelen kunnen worden vervangen door natuurlijke middelen. Trips, het gevreesde langwerpige witte insect met gerafelde vleugels, is vijand nummer 1 in de kassen. Voorheen moest dit insect met radicale middelen worden bestreden, nu helpt het sap van een bepaalde plant tegen Trips. “Door samenwerking met zeven kwekers uitgevonden”, meldt Haasnoot trots. En bij het bestrijden van een onzichtbare schimmel bij de bloem Amaryllis is zelfs een experiment bezig met speurhonden. Niets gaat Nederland te ver.

In de leliesector worden nu ook al lelies zonder stuifmeel gemaakt, zodat de consument geen gele vlekken krijgt als de bloem uitvalt. Ook op het gebied van de geur van lelies zijn er vernieuwingen. Een lelie zonder geur of juist een die ruikt als een parfum van Chanel.

Groen is meer dan mooi

Uit steeds meer onderzoek blijkt dat ‘groen’ meer is dan mooi. Groen geeft zuurstof, is een redder in de strijd tegen luchtvervuiling en klimaatverandering en maakt mensen gezonder en gelukkiger. Nederlandse landschapsarchitecten bouwen wereldwijd groene steden en in eigen land werken we op veel fronten om meer groen in onze steden te brengen.

In al het gebulder van technische innovaties is er ook de meer ingetogen toon van bloemenkwekerij en werkplaats Loofwerk. Mariëtte Kamphuis kweekt op landgoed Op Hodenpijl vlakbij Delft ‘slow flowers’, biologisch en op volle grond. In het bloemwerk en in stillevens worden de bloemen verwerkt die het seizoen weerspiegelen. Narcissen wanneer er narcissen zijn en ‘s winters takken, droogbloemen, grassen en zaadhoofden. Kamphuis: “De herwaardering van het natuurlijke ritme van de vier jaargetijden betekent allerminst een verschraling, maar juist een enorme verrijking.”

Liefde voor het vak

Grote man in een mal, klein bootje. Jan de Boer: Relschopper. Je ziet hem regelmatig aan het water bij Brasserie de Haven in Aalsmeer. Jan de Boer, ondernemer en eigenaar van bloemenexportbedrijf Barendsen, is dan bij zijn Tiny Flower Boat. Een boot met een klein huisje en paarse luifeltjes erop. De Boer vergadert nooit op kantoor, maar liefst varend op zijn bootje op de Westeinder plassen. Alle vakidioten uit de hele wereld kennen de “boot van Jan”.

Jan de Boer maakt graag herrie. Collega’s noemen hem “rel-exporteur”, maar gek is hij niet. Hij doet het gewoon graag anders. Laat tien bruiden opdraven op een beurs om zijn bruidsbloemen onder de aandacht te brengen, draagt zelf het liefst bloemenschoenen en aarzelt niet om de politiek voor de schenen te schoppen als het hem niet zint.

Jan de Boer houdt van Nederland bloemenland. “Er zijn hier zoveel verschillende mensen op verschillende manieren met bloemen bezig dat als je het hele spulletje bij elkaar optelt, je kan spreken van een bloemengek land. Overal zie ik fanatieke mensen die het vak willen uitdragen. Ook goed opgeleide jongeren. Die geven mij energie. Alles verandert in de wereld behalve liefde voor het vak.

Het gaat hier om passie, passie, passie, liefde, liefde, liefde.

Heeft de passie van de bloementelers voor hun bloemen je geraakt? Het bloemenverhaal van Nederland laat zich op vele plekken en in alle seizoenen beleven! Van bloeiende velden in de lente tot bloemencorso’s en tuinen in de herfst. Maar ook door bloemen in de kunst, een bezoek aan de internationale bloemenveiling of een wandeling door de oudste hortus botanicus van Nederland.